Schouderinstabiliteit

Latijn: (sub)luxatie

Gaat jouw schouder weleens bijna (sub-) of helemaal (luxatie) uit de kom? En in welke richting? Lees hier alles over herstelmogelijkheden.

Wanneer is er sprake van schouderinstabiliteit?

We spreken pas echt van schouderinstabiliteit, wanneer een schouder uit de kom gaat of dreigt te gaan. Toch noemen mensen het ook vaak instabiliteit, wanneer zij erg soepele schouders hebben. Hierover is een aparte pagina gemaakt bij hypermobiliteit. 

De schouderkop is groot in vergelijking met de kom. Dat maakt dat we met onze schouder zo’n ontzettend goede beweeglijkheid hebben. Er is geen gewricht in ons lichaam dat we in zoveel richtingen kunnen bewegen. Het nadeel hiervan is dat dit ook een bepaalde kwetsbaarheid met zich meebrengt.
De stabiliteit van een schouder wordt voor een groot deel bepaald door een kraakbeenring die in de schouderkom ligt (het labrum) en die zorgt dat de kop en kom beter in elkaar passen. Gelukkig betekent letsel aan het labrum lang niet altijd dat een schouder ook echt uit de kom zal gaan. Er is namelijk nog een back-up systeem van ons kapsel, onze banden (ligamenten) en niet te vergeten onze spieren. Deze factoren leveren ook een erg grote bijdrage aan stabiliteit. En het goede nieuws is dat we dit spiersysteem kunnen trainen en zo stabiliteit kunnen verbeteren.

Wat is het verschil tussen een subluxatie en een luxatie?

Bij een luxatie gaat de schouder uit de kom. Bij een subluxatie gebeurt dit niet, maar voel je de schouder wel schuiven.

In welke richting gaat een schouder uit de kom?

In 97% van de gevallen gaat een schouder naar voren uit de kom, in <3% van de gevallen naar achteren. Een schouder die naar achteren uit de kom gaat, wordt niet altijd goed herkend (Olds 2019, Brownson 2015, Magnuson 2020).
96% van alle schouderluxatie gebeurt als gevolg van een trauma, vaak een val. Het komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen, en vaak bij jonge personen tot ongeveer 30 jaar (Olds 2019,  Longo 2018).

Wat voor soorten bijkomende letsels kunnen er zijn?

  • Letsels aan de schouderkop: een Hill-Sachs-laesie. Dit is een indeuking van de schouderkop als gevolg van de luxatie, een impressiefractuur.
  • Letsels aan de schouderkom en de kraakbeenring (labrum) in de schouderkom: een Bankart laesie is hiervan het meest bekende voorbeeld. Mogelijk heeft u ook termen als ALPSA of GLAD voorbij zien komen. In alle gevallen is het labrum, normaal een ring in de schouderkom, onderbroken geraakt. 
  • Zenuwletsels: in 13,5% van de gevallen bij een schouderluxatie, vaak betreft dit de zenuw die n. axillaris heet. In de meeste gevallen zal dit met de tijd weer herstellen.
  • Scheur van de rotator cuff: wanneer iemand ouder is dan 40 jaar, neemt de kans op een bijkomende scheur van de rotator cuff spieren toe wanneer de schouder luxeert (Clay 2020). 
  • Angst: het is misschien geen letsel, maar wel veelvoorkomend: bang zijn dat de schouder weer uit de kom zal schieten. Vertrouwen winnen in je schouder, is iets wat we in therapie ontzettend belangrijk vinden. 

Moet ik geopereerd worden aan schouderinstabiliteit?

Dat is afhankelijk van de hoeveelheid letsel in de schouder, de kans op recidief van een schouderluxatie en de sport- of werkwens. In heel veel gevallen zal eerst fysiotherapie worden geprobeerd, gelukkig vaak met goed succes! Besef wel dat het opbouwen van een goede schouderstabiliteit tijd en geduld kost.

Wil jij weten wat je aan jouw instabiliteit van je schouder kunt doen? Kijk dan eens op deze website bij online hulpafspraak of neem contact met mij op.

Schouderoefening fysiotherapie schouder